Historie van de herleving

Het Erpse gildewezen kwam in 1965 weer in de belangstelling door ontdekking van het bestaan van oud Erps gildezilver in Breda. Een antiquair had de schilden gekocht in Antwerpen en burgemeester Mr. H. Capetti kocht vijf schilden voor de gemeente Erp. Een zesde schild is in particulier bezit.

De belangstelling voor Erpse gilden breidde zich uit door de stuwende kracht van burgemeester 
R.Q.M. Smits van Oyen
, die het gildewezen in Erp weer wilde laten herleven.
Hieraan waren echter voorwaarden aan verbonden, te weten:
1. het gilde mocht niet langer dan 100 jaar slapende zijn en
2. er moesten bewijzen zijn dat het Erpse gildewezen in het verleden actief was.
Intensieve naspeuringen van streekarchivaris W. Cornelissen wezen uit dat aan deze eisen kon worden voldaan.

Tijdens een openbare vergadering op 6 september 1977 gaven liefst 32 personen uit Erp, Keldonk en Boerdonk blijk van actieve steun. De herleving van het Onze Lieve Vrouwe en Catharinagilde in Erp was daarmee een feit geworden. Met deze groep mensen en met medewerking van verschillende instanties, bedrijven en personen en dankzij een groots opgezette sponsoractie konden in een snel tempo de noodzakelijke voorbereidingen worden gerealiseerd. In eigen beheer werden vendels en kostuums vervaardigd en een schietterrein kon worden ingericht. Het hoofdvaandel werd eveneens belangeloos ontworpen. De "Rooi Schut" uit Gemert verleende haar medewerking aan de opleiding van vendeliers en tamboers.

Voorafgegaan door een sobere gildemis werden de gildebroeders, op zondag 25 juni 1978 op plechtige wijze geïnstalleerd in het gemeentehuis van de gemeente Erp 

De naamskeuze

De naamskeuze werd gemotiveerd om verschillende redenen;
De eerste reden is het bestaan van de kleine Erpse torenklok, genaamd: "IK HEET KATRINA. IN HET JAAR DES HEREN 1412". Vermoedelijk heeft dit te maken met het bestaan van dit gilde destijds.
De tweede reden is het bestaan van het Catharina-altaar uit 1400, het Maria-altaar uit 1433, terwijl in 1551 sprake is geweest van een "altaar van Maria en Catharina". Ongetwijfeld hebben deze altaren aan de bijbehorende gilde(n) toebehoord.
De derde en laatste reden is het opschrift van twee oude koningschilden uit 1751 en 1801, die spreken over het "Onze Lieve Vrouwe en Catharinagilde".
Deze redenen geven aan dat het gilde naar grootste zekerheid en waarschijnlijkheid heeft bestaan.
Als de basis voor het oprichtingsjaar is de testamentaire akte genomen van E.D. Emonds uit 1494. Schriftelijk staat vast dat in dit jaar in ieder geval het gilde al actief was.

De patroonheiligen

Het Erpse gilde heeft 2 patroonheiligen, te weten: Onze Lieve Vrouw en St. Catharina
H. Maria Onze Lieve Vrouw

kleur      :  lichtblauw en wit.
feestdag:  naast de 6 officiële katholieke feestdagen wordt in Erp sinds 1636 een 7e feestdag gevierd en wel op 21 november.
Dit feest wordt gevierd als dankbaarheid voor een miraculeuze behouding van de pest. Vroeger werd deze dag gevierd als een zondag.

Zoals eerder vermeld, werd in 1494 bij testament een stuk grond vermaakt aan de Broederschap van Maria. Dit gilde moet dus al voor dit jaar moet hebben bestaan. Bij de altaarinventarisatie van 1485 bestond reeds een altaar van Maria en Barbara, hoewel in het testament uitsluitend de Broederschap van Maria wordt genoemd. 


H. Catharina Sint-Catharinagilde

kleur      :  rood
feestdag:  25 november
Zij is de patrones van o.a.:
bibliotheken en scholen, wijsgeren, wagenmakers en raddraaiers, kappers en pottenbakkers.
Vooral in Oost-Brabant hebben veel gilden haar tot patrones gekozen.

Het Sint-Catharinagilde bestond al in 1571 als schuttersgilde. In een testament uit dat jaar wordt geld voor zielemissen bestemd voor "die decken bij die gilde van St.Catharina". Bij de Luikse altaarinventarisatie is in 1485 in de kerk van Erp het altaar van Sint-Catharina en St.Sebastiaan bekend. 
Eeuwen later, in 1807 moet dit gilde met de twee andere gilden aantreden om een nationale feestdag op te luisteren, namelijk de verjaardag van koning Lodewijk Napoleon. Herbergier Peeter Crooijmans was toen tevens captein van het Sint-Catharinagilde. Ook voor de verjaardag van Zijne Majesteit in 1811 moet dit schuttersgilde aantreden. De laatste berichten uit de 18e eeuw dateren uit 1825 als de Schout van Erp het bestaan van het Sint-Catharinagilde meedeelt naast  het Sint-Catharina en St.Sebastiaan schuttersgilde. 
Het 'Onze Lieve Vrouwe Broederschap' en 'Sint-Catharina-gilde' zijn sinds 1978 herleefd in het Onze Lieve Vrouwe & Catharinagilde.


De schutsbomen

Het eerste optreden van het gilde was op 1 mei 1978, toen de schutsbomen werden geplaatst op het gildeterrein op sportpark 'Den Uil' te Erp.

Op de hieronder geplaatste afbeelding van Erp is duidelijk een schutsboom te herkennen die destijds ter plaatse van het tegenwoordige industrieterrein moet hebben gestaan. De afbeelding wordt door deskundigen gedateerd op ongeveer rond 1600. Het betreft een gedeelte van een zogenaamde gemeentekaart met de kom van Erp.
 

'n zeer oude, getekende plattegrond van Erp

     De oudste gegevens over Erpse gilden dateren van 1684 en beschrijven zelfs een dodelijk ongeluk bij de schutsboom. 
Toen het geladen geweer van de 16 jarige Ansem Peters viel, werd Jan Jan Lamberts dodelijk getroffen. 
De broers en zusters van de overledene, Aert, Peter, Marike en Jenneke verklaarden later voor het Hof van Justitie dat ze de nalatige (Ansem Peters) vergiffenis schonken vanwege "het onnoosel ongeluck". Daarbij namen zij in aanmerking dat zijn moeder, weduwe was met 5 kinderen en zonder hem de kost niet kon verdienen. Voorts verklaarden ze dat ze Ansem Peters nooit ter verantwoording zouden roepen. 
     In latere tijden moet de schutsboom op het marktveld (het huidige Hertog-Janplein) hebben gestaan. 
In 1827 namelijk vaardigen Gedupeerde Staten van Noord-Brabant een besluit uit "tot voorkoming van ongelukken bij het vogelschieten van de zogenaamde schuitsbomen". Speciaal richt de circulaire zich tegen de schutsbomen die op het marktveld staan. Het gemeentebestuur neemt de circulaire voor kennisgeving aan maar rekent niet op het plichtsbesef van de dan in Erp gestationeerde marechaussee. Deze stelt de nalatigheid van het Erpse gemeentebestuur bij de districtsschout in Helmond aan de kaak. De burgemeester uit Erp deelt daarna aan de districtscommissaris mede dat, "het schootsveld van de schutsboom genoegzaam geoordeeld wordt buiten de huizen te liggen", zodat het voorval met een sisser afloopt. 
     In 1887 is een schutsboom opgericht in de tuin van Ardina van den Tillaart recht tegenover de kerk en in 1892 is zoals eerder vermeld een aanvraag ingediend om een schutsboom te plaatsen in de Rijbeemd. 
Het huidige gildeterrein van het Onze Lieve Vrouwe & Catharinagilde is gelegen aan de Heesakker 12, 5469AV in Erp (langs de doorgaande weg Erp-Boekel)

Het hoofdvaandel

Het eerste vaandel werd gemaakt door de zusters uit Berkel-Enschot in 1977-1978, en was ontworpen door de heer Piet van Melis,
toenmalig directeur van het Instituut Pieter Breugel te Veghel.
Het is vierkant en geborduurd op Franse zijde met medaillons in het midden. Aan de rechterzijde Onze Lieve Vrouw en aan de 
linkerzijde Sint. Catharina.
Op het vaandel staat een Bourgondiërs kruis. De buitenranden zijn in rood en de vlakken zijn in blauw uitgevoerd. De
hoeken zijn groen.
Verder staat op het vaandel geschreven en afgebeeld;

in de boven baan
in de onder baan
i
n de schuine baan boven links
in
de schuine baan onder rechts
in
bovenvlak
in
zijvlakrechts
in
zijvlaklinks
ondervlak
O. L. Vrouwe en
Catharinagilde Erp
6 Nov. 1494
12 Oct 1977
Kroon
Palmtak
Zwaard
Gebroken rad

Het tweede vaandel stamt uit 1993 en is ontworpen door Ietje van Dijk
Het medaillon is gecentreerd en geplisseerd. Op de rechterzijde is Sint Catharina afgebeeld en aan de  linkerzijde Onze Lieve Vrouw
daaromheen staat: Onze Lieve Vrouwe en Catharinagilde 1494 Erp 1977
Op het vaandel staat een Bourgondiërs kruis. De buitenranden zijn in blauw uitgevoerd en de binnenvlakken in rood.

Bij reparatie in 2005 zijn de kleuren van het Bourgondiërs kruis gewijzigd.
De randen zijn in rood uitgevoerd en de binnenvlakken in blauw dit in overeenstemming met de draaivendels.
Reparatie is toen uitgevoerd door Joke Wilgers in Liessel

Het vaandel meet
200x200 cm.
De Vaandrig, die het vaandel met zich meedraagt, loopt achter de tamboers en voor de koning.
Met het vaandel wordt een hernieuwing van de gelofte van trouw afgelegd aan wereldlijk
en kerkelijk gezag.
door driemaal rechts en driemaal links te draaien voor burgemeester
of gildeheer / geestelijke.

Ook bij de begrafenis begrafenis of crematie van leden en ereleden is een rol voor het hoofdvaandel weggelegd.
Ten afscheid zal het vaandel driemaal rechts en driemaal links
gedraaid worden en na afloop rust de punt van de stok op kist of graf.

Ook tijdens de consecratie bij een Heilige Mis wordt het vaandel driemaal rechts en driemaal links gedraaid.

Alleen de koning of koningin des lands en de koning van het gilde mogen, bij zijn/haar installatie over het vaandel lopen. 
Bij slecht weer wordt een plastic onder
het vaandel gelegd en zal de koning op kousenvoeten over het vaandel lopen waarbij hij/zij 
niet
over het medaillon loopt.


het huidige hoofdvaandel

het eerste hoofdvaandel gehanteerd door Gerrit van Dinter op 30 augustus 1978